bakker, bakkerij — amasandería, bollería, panadería, tahona - kapperszaak, kapsalon — barbería - boetiek — boutique - oficina de apuestas - wijnkelder - boekenstalletje, boekhandel, boekwinkel — librería - kiosk, kraam, krantenkiosk, krantenstalletje — puesto - boetiek, confectiezaak, kledingmagazijn, kledingzaak, modehuis, modemagazijn, modezaak — boutique, butí, casa de modas, tienda, tienda de modas - building supply house, building supply store (en) - slager, slagerij, slagerswinkel — carnicería, charcutería, choricería, salchichería - canteen (en) - tienda en cadena - schoonmaaksters — limpiadores - garen-en-bandwinkel - commissary (en) - computer shop, computer store, retail computer store (en) - banketbakkerij, banketbakkerswinkel, banketwinkel, confiserie, office, patisserie, snoepkraam, snoepwinkel, suikerbakkerij — dulcería - tienda cómoda - comestibles, comestibleswinkel — tienda de comestibles finos - apoteek, apotheek, artsenijbereidkunde, farmaceutica, farmacie, gaper — establecimiento farmacéutico, farmacia - bloemenhandelaar, bloemenman, bloemenstalletje, bloemenverkoper, bloemenwinkel, bloemist, bloemisterij, bloemkweker — florería, florero, florista, floristería, kiosco de flores, puesto de flores, quiosco de flores - tienda de regalos - ijzerhandel, ijzerwinkel — ferrería, ferretería, quincalla, quincallería - head shop (en) - antiekwinkel, uitdragerij — baratillo, minuta, trapería - hoedenwinkel — sombrerería - outfitter (en) - drankhandel, drankwinkel, drankzaak, slijterij — aguardentería, bodega, taquilla - bank van lening, leenbank, lommerd, pandhuis, pandjeshuis — casa de empeño, casa de empeños, casa de préstamos, empeño, monte, monte de piedad, montepío, monte pío, peñaranda - parfumerie, reukwerk — perfumería - dierenwinkel — tienda de animales - pizzeria — pizzería - taller, taller de reparación - kapperszaak, kapsalon, schoonheidsinstituut, schoonheidssalon — instituto de belleza, salón de belleza - schoenenwinkel, schoenenzaak — botería, botinería, tienda de zapatos, zapatería - specialty store (en) - second-hand store, thriftshop (en) - sigarenboer, sigarenmagazijn, sigarenwinkel, tabakswinkel — estanco - speelgoedhandel, speelgoedwinkel — juguetería - bezcelní obchod (cs) - bižuterie (cs) - galanterie (cs) - hodinářství (cs) - sexshop (cs) - antikvářství, starožitnictví (cs) - autocentrum (cs) - zahradnictví (cs) - elektroobchod, obchod s elektronikou (cs) - sportovní prodejna (cs) - papírnictví (cs) - drogerie (cs) - magherniţă (ro) - aktar, attar (tr) - bozadyinica (sr) - buregdyinica (sr)[Spéc.]

comprar, hacer compras - inkopen doen, shoppen, winkelen — ir de compras - buy at, frequent, patronise, patronize, shop, shop at, sponsor (en)[Dérivé]

onderpui, winkelpui — escaparate[Desc]

bedrijf (n.) • comercio (n.) • empresa (n.) • engagement (n. neu.) • establecimiento (n.m.) • geëngageerdheid (n.f.) • magazijn (n. neu.) • negocio (n.) • nering (n.f.) • shop (n.m.) • tienda (n.f.) • warenhuis (n. neu.) • winkel (n.m.) • zaak (n.f.)