» 

diccionario analógico

televisie - het uitzenden - dictafoon, dicteerapparaat, dicteermachine, diktafoon, dikteerapparaat, dikteermachine - overseinen, rondstralen, seinen, sturen, telegraferen, uitzenden - drop a line, write (en) - connect (en) - doorsluizen, kanaliseren, overbrengen, overdragen, overrijden - afzenden, expediëren, opsturen, rondsturen, rondzenden, sturen, uitzenden, versturen, verzenden, wegsturen, zenden - aanhaken - aanplakbord, mededelingenbord, prikbord, publicatiebord, publikatiebord, scorebord - huistelefoon, intercom - minuut, origineel - oscilógrafo (es) - radiostation, radiozender - recorder - bandopnameapparaat, bandopnemer, bandrecorder, cassetterecorder, cassettespeler, taperecorder, tape-recorder - medium (en) - communicatiemiddel, media, medium, voertaal - ether - kanaal, net, zender - net - verbinding - multimedia - telecommunicatie - telefonie - call waiting (en) - boordradio, radiocontact, radioverbinding, scheepsontvanger, scheepsradio - bioscoopfilm, bioscoopvoorstelling, film, filmvoorstelling, rolprent, speelfilm, staar - hoofdfilm - cortometraje (es) - animatiefilm, cartoon, spotprent, tekenfilm - docudrama, documentaire, dokumentaire - stomme film - slow motion, slow-motion, vertraagde beweging - programma, uitzending - discussieprogramma, praatprogramma, praatshow, talkshow - programma, televisie, televisieprogramma, televisieuitzending, televisie-uitzending - spelprogramma, spelshow - aflevering, betalingstermijn - melodrama, soap, soapreeks '' '', soapserie '' '' - tetralogie - simulcast (en) - uitvoering - act, nummer, programmaonderdeel - liefdadigheidsconcert - berichtgeefster, berichtgever, correspondent, correspondente, korrespondent, korrespondente, reporter, verslaggeefster, verslaggever - Alexander Bell, Alexander Graham Bell, Bell (en)[Domaine]

-