Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.063s
Trikot — jersey, ribtricot, tricot - Biegsamkeit, Dehnbarkeit — kneedbaarheid, plasticiteit - blokkeren - intrigeren, kuipen, ontwerpen, ontwikkelen, plannen, programmeren, projecteren, uitstippelen - breekgeld - automatisieren — automatiseren, automatizeren - verschmutzen, verseuchen, verunreinigen — contamineren, verontreinigen, vervuilen - Schmieren — geil, smering - Herstellung — fabricage, fabrikaat, productieproces, produktieproces - Eiche, Eichung, Kalibrierung, Skala, Skale — graduatie, ijking, maatverdeling, schaal, schaalverdeling - Abstimmung, Einstellung, Stimmen, Stimmung — stemming - Einrichtung — depot, notificatie, orgelspel, registratie - anstellen — aandoen, aandraaien, aanknippen, aanzetten, inschakelen - abdrehen, losdrehen — afzetten, uitdoen, uitdraaien, uitknippen, uitschakelen, uitzetten - arbeiten, drehen, funktionieren, gehen, in Betrieb sein, laufen — draaien, functioneren, funktioneren, goed werken/lopen, in bedrijf zijn, in orde zijn, lopen, werken - herstellen — fabriceren, vervaardigen - zusammenberufen, zusammensetzen — assemblage, assembleren, componeren, construeren, in elkaar zetten, installatie, montage, monteren, opbouwen, samenroepen, samenstellen, samenvoegen - prüfen, testen, überprüfen — doorvragen, examineren, ondervragen, overhoren, proberen, test, testen, toetsen, uitproberen, uittesten - Alufolie, Aluminiumfolie, Stanniolpapier — aluminiumfolie, bladaluminium - Roboter — robot - balbriggan (en) - Bierbrauerei, Brauerei, Brauhaus — bierbrouwerij, brouwerij - Rupfen — gonje, jute, jutezak - Nocken — askam - Batist — batist - Katalysator - chambray (en) - kaasdoek, kaaslinnen - chino (en) - Gebläse, Kompressor, Luftpumpe, Verdichter — aanjager, compressor, luchtpomp, perspomp - Pleuelstange — drijfstang - Konverter — omvormer - Förderband — band, bandtransporteur, lopende band, sorteerband, transportbaan, transportband - Baumwolle, Baumwollstoff — katoen, katoenplant, katoentje - Kreton, Kretonne — cretonne - Brennkammer, Zylinder — cilinder, cylinder - Davit — davit, sloepdavits - Abtrockentuch, Geschirrtuch, Putzlappen, Putztuch, Spüllappen, Spültuch, Trockentuch — afdroogdoek, afwasborstel, afwaskwast, bordendoek, droogdoek, handdoek, keukendoek, poetsdoek, poetslap, schoteldoek, theedoek, vaatdoek, vaatkwast, vadoek, vatenkwast, wisdoek - Branntweinbrennerei, Brennerei, Destillation — branderij, destilleerderij, distilleerderij, distilleerinrichting, stokerij - Schwalbenschwanz, Verzahnung, Zinken — zwaluwstaart - Gewebe, Kleiderstoff, Textil, Textil-..., Textilie, Textilien, Textilstoff, Textilwaren, Tuch, der Stoff, Webware, Wollstoff — laken, materiaal, stof, stofdoek, stofvod, textiel, textielindustrie, textielnijverheid, textielvezel, weefsel - fairlead (en) - peilglas, proefglas, spoorbreedte, spoorwijdte - Rotzfahne, Schnupftuch, Taschentuch — snotlap, tissue, zakdoek - Haken — haak, haakje - huck, huckaback (en) - Jacquard, Jacquard loom (en) - Kettenwirkmaschine, Strickapparat, Strickmaschine — breimachine - Waschmittel - Kunstleder, Lederimitat, Skai — imitatieleer, kunstleder, kunstleer, leerdoek, namaakleer, simileder, skai - longyi, lungi, lungyi (en) - Madras — katoendoek, Madras - Großsegel, Hauptsegel — grootzeil, schoverzeil - Aufziehmechanismus, Getriebe, Mechanik, Mechanismus, Technik — mechaniek, mechanisme, opwindmechanisme - Melkmaschine — melkmachine - Mohair, Mohairstoff, Mohair-..., Mohairwolle, Mohär — mohair - Musselin — mousseline, neteldoek - Netz, Netzwerk, Raster — gaasweefsel, glasgordijn, maaswerk, net, netwerk, raster, vangnet, vitrage - Erdölraffinerie, Ölraffinerie, Raffinerie — olieraffinaderij, petroleumraffinaderij, raffinaderij - Füllmaterial, Füllsel, Füllstoff, Füllung, Platzhalter, Polsterung — invullen, opvulling, opvulsel, plaatshouder, vulling, vulsel, vulstof - paisley - Küchenpapier, Küchenrolle — keukenrol - percal (es) - zuigerstang - Abgrabung, Bergwerk, Grube, Mine, Steinbruch — afgraving, groeve, mijn, orkestbak, steengroeve - Betrieb, Fabrik, Produktionsstätte, Werk — bedrijf, fabriek, fabrieksgebouw, opstal - Popeline — popeline - Band, Fließband, Fließstraße, Förderband, Kette, Montageband, Taktstraße — ketting, lijn, lopende band, machinestraat, montageband, productielijn, produktielijn - Flaschenzug, Rolle, Talje — katrol, katrolblok - kurkvijl - Kunstseide, Rayon — kunstzijde, rayon - Raffinerie — raffinaderij - Atlas, Baumwollsatin, Satin — satinet - Atlas, Satin, Satin, Satin-... — atlas, satijn - Feldwebel — serge - Bleistiftspitzer, Spitzer — potloodslijper, puntenslijper, punteslijper, scherper, slijper - Leinen, Verkleidung, Verschalung — bekleding, lakenstof - Blech - silesia (en) - spandex (en) - Spinnaker — spinnaker - Spinnmaschine — spinmachine - Spinnrad — spinnewiel - Steuerrad — stuurrad - joint hinge, strap hinge (en) - Muster, Probe, Probestück, Sample, Warenmuster, Warenprobe — monster, staal - Taft — florentine, taf, tafzijde - Persenning — geteerd zeildoek, zeil - Plaid, Reisedecke, Tartan — plaid, reisdeken, ruitje, ruitjesstof, Schots ruitpatroon, tartan - Frottee — badstof, frotté, frottéweefsel, lussenweefsel - textile machine (en) - hojalata (es) - bramzeil - Toppsegel — bovenzeil, marszeil, topzeil - Tüll — tule - Klettverschluss — kleefband, klitband, klitteband, klittenband - caliper square, calliper square, slide caliper, sliding caliper, sliding caliper gage, sliding calipers, sliding calliper gauge, sliding callipers, tooth vernier, vernier caliper, vernier micrometer (en) - Viyella (en) - wijnzak - Vollendung — afwerking, nabewerking - Dehnbarkeit, Dehnfähigkeit, Dehnung, Elastizität, Federkraft — elasticiteit, rek, rekbaarheid, spankracht, veerkracht - Bildhaftigkeit, Plastizität — kneedbaarheid, plasticiteit - Anpassung, Einrichtung — aanpassing, bijregeling, regeling - Industrie — industrie, industrietak, nijverheid - sistema bancario (es) - chemische Industrie — chemische industrie - coal industry (en) - electronics industry (en) - Filmgeschäft — film, filmindustrie, filmwereld - wapenindustrie - Erdölindustrie — olie-industrie, petroleumindustrie - plastics industry (en) - Dienstleistungsbereich, Dienstleistungsgewerbe, Dienstleistungssektor — dienstensector, dienstensektor, tertiaire sector, tertiaire sektor - industria de tabaco (es) - juguetería (es) - Gewerbegebiet, Industriegebiet, Revier — bedrijvenpark, industriegebied, industriepark, industrieterrein, industriezone - baas (en) - Schmied — smid - Bergmann — houwer, koempel, kompel, mijnwerker - Schuhmacher, Schuhmacherin, Schumacher, Schuster, Schusterin — schoenlapper, schoenmaakster, schoenmaker - Branntweinbrenner, Brantweinbrenner, Brantweinbrennerin, Brenner, Brennerin, Destillatbrenner, Destillateur, Schnappsbrenner, Schnappsbrennerin — brander, destillateur, destilleerder, distillateur, distilleerder, stoker, stookster - Glaser, Glaserin — glazenmaker, polijststeen - Hersteller, Produzent, Produzentin — fabrikant, industrieel, productiechef, productieleider, productmanager, product manager, produktiechef, produktieleider, produktmanager, programmamaker - Bergarbeiter, Bergmann, Grubenarbeiter, Kumpel, Minenarbeiter, Untertagarbeiter, Untertagearbeiter — houwer, koempel, kompel, mijnwerker, mineur - blikslager - Stellmacher, Stellmacherin — wagenmaker - Ford, Henry Ford (es) - Vulkanisation — vulcanisatie - Rohstoff, Rohstoffe, Werkstoff — basisproduct, grondstof - Saatlein — vlasvezel - Baumwolle, Watte — katoentje - Schaumstoff — blusschuim, isolatieschuim, schuimplastic, spuitschuim - Gleitmittel , Öl, Schmiere, Schmiermittel, Schmierstoff — gel, glijmiddel, glijpasta, olie, smeermiddel, smeerolie - hennepvezel - Jute — jute - Chemiefaser, Fiber, Kunstfaser, synthetische Faser — kunstvezel - fibra natural (es) - Stroh, Stroh, Stroh-... — stro, strohalm, strootje - raffia - Gummi, Gummi; Gummi-..., Kautschuk, Rubber — caoutchouc, gomelastiek, gummi, rubber - kunstrubber - neopreen - Ebonit — eboniet - Wolle — wol[Domaine]
-