» 

diccionario analógico

contact, physical contact (en) - aftapping, klets, klopje, knip, mep, pats, pets, tik, tikje, veegjecapirotazo, caricia, golpecito, palmadita - hit, kraker, succesnummer, tophitapaleamiento, golpeo - porcodazo, golpe, puñetazo - kukkel, kus, lik, smak, smok, vluchtige zoen, zoenbesito, beso, pico - buis, haringbuis, kukkel, kus, lik, smak, smok, zoenbeso, buz, ósculo - catch, catch-as-catch-can, graai, greep, grijparm, grijper, lunchpakket, opvangen, vangen, visvangstacto de agarrar, agarrón, arrebatamiento, asimiento, cuchara, gato - bediening, gebruik, hantering, manipulatiemanejo, manipulación, operación - applicatuur, greep, vingertechniek, vingerzetting - grope (en) - palpatiepalpación - gekietel, handtastelijkheidcosquilla, cosquillas, cosquilleo, pelea, pelea a puñetazos - aai, aaien, liefkozing, strelingcarantoñas, caricia, cariño - mandekkingmarcaje - liklamedura, lametada, lengüetada, lengüetazo - grazing, shaving, skimming (en)[Spéc.]

aankomen, aanraken, aanroeren, beroeren, komen, komen aan, raken, toucheren, zitten aancontactar, manosear, rozar, tocar suavemente - aantikken, tikken[Dérivé]

aanraking (n.) • beroering (n.f.) • contacto (n.m.) • ontmoeting (n.f.) • roce (n.) • toque (n.) • treffen (n. neu.)

-