Contenido de sensagent
- definiciones
- sinónimos
- antónimos
- enciclopedia
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.016s
diccionario analógico
handeldrijven; zaken doen; handel drijven — do business[Classe]
factotum[Domaine]
Transaction[Domaine]
commercie, handel, koophandel, vak, zaken — biz, business, business dealings, commerce, trade - handeltje, zaakje — business deal, commerce, deal, trade - marketing, marktanalyse, marktonderzoek, marktverkenning, merchandising, productiestrategie, produktiestrategie — marketing, merchandising, merchandizing, selling - artikel, goederen, handel, handelsgoederen, handelswaar, koopwaar, spul, vrachtgoed, vrachtgoederen, waar, winkelwaar — merchandise, product, ware - handelaar, handelsman, koopman, koopvrouw — merchandiser, merchant - handelaar, handelaarster, handelsman, kleine zelfstandige, koopman, koopvaarder, koopvaardijschip, koopvrouw, middenstander, middenstandster, neringdoende, winkelhouder, winkelhoudster, winkelier, winkelierster — bargainer, dealer, merchant, monger, trader, tradesman, tradeswoman, trafficker[Dérivé]
business, commerce, commercie, economisch verkeer, handel, handelsgeest, handelsverkeer, koophandel, koopmansgeest, ruilverkeer, zaak — commerce, commercialism, mercantilism, trade - betrekken, verkrijgen — buy, purchase - omzetten, slijten, verkopen — sell, turn over[Domaine]
black market, run - traffic - arbitreren — arbitrage - handel drijven zwarte — traffic - op de markt brengen, te koop aanbieden — market, put on the market, put up for sale - geïmporteerd, importeren, invoeren — import - exporteren, uitvoeren — export[Spéc.]
commercie, handel, koophandel, vak, zaken — biz, business, business dealings, commerce, trade - handeltje, zaakje — business deal, commerce, deal, trade - marketing, marktanalyse, marktonderzoek, marktverkenning, merchandising, productiestrategie, produktiestrategie — marketing, merchandising, merchandizing, selling - artikel, goederen, handel, handelsgoederen, handelswaar, koopwaar, spul, vrachtgoed, vrachtgoederen, waar, winkelwaar — merchandise, product, ware - handelaar, handelsman, koopman, koopvrouw — merchandiser, merchant - handelaar, handelaarster, handelsman, kleine zelfstandige, koopman, koopvaarder, koopvaardijschip, koopvrouw, middenstander, middenstandster, neringdoende, winkelhouder, winkelhoudster, winkelier, winkelierster — bargainer, dealer, merchant, monger, trader, tradesman, tradeswoman, trafficker[Dérivé]
doen (v. trans.) • handel drijven (v.) • handelen (v. intr.) • merchandise (v.) • trade (v.) • verhandelen (v. trans.)