Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.015s
partir, quitter un lieu (fr)[Classe]
afreis, afscheid, het gaan, vaarwel, vertrek, weggaan — izlaz, odlazak, polazak - afscheid, breukvlak, vaarwel — oprosxtaj, rastanak - despegue (es) - koersverlies - takeoff (en) - doorzetter, voetganger — hodočasnik, pešak[Dérivé]
lanceren, opstijgen — podići se, uzleteti - roar off (en) - blaze, blaze out (en) - een uitval doen — napasti[Spéc.]
afreis, afscheid, het gaan, vaarwel, vertrek, weggaan — izlaz, odlazak, polazak - afscheid, breukvlak, vaarwel — oprosxtaj, rastanak - despegue (es) - koersverlies - takeoff (en) - doorzetter, voetganger — hodočasnik, pešak[Dérivé]
overhebben, uitgeven, weggeven — imati visxka, odvajati se, pustiti, uzajmiti[Analogie]
afreizen (v. intr.) • aftrekken (v. trans.) • gaan (v. intr.) • krenuti (v.) • odjedriti (v.) • odjezditi (v.) • opstappen (v. intr.) • otići (v.) • otputovati (v.) • udalxiti se (v.) • vertrekken (v.) • weggaan (v. intr.)
-