Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.016s
charlar, hablar[Hyper.]
bespreking, gesprek — discusión, palabra - discussant (en)[Dérivé]
afdingen, afpingelen, dingen, marchanderen, negotiëren, onderhandelen, pingelen, sluiten — negociar - negociate (en) - conferenciar - beraadslagen, bomen, discussiëren, discuteren, disputeren, overleggen, parlementeren, redekavelen, redetwisten, twisten, verstaan, zich beraden — debatir, deliberar sobre, discutir - afwegen, beraadslagen, doordenken, erover denken, overleggen, overleg plegen, overwegen, peinzen — considerar, dar vueltas a, deliberar, medir, sopesar - intercambiar - chair, lead, moderate (en) - aanraden, adviseren, advizeren, begeleiden, coachen — aconsejar, asesorar - beraadslagen, confereren, consulteren, konfereren, overleggen, vergaderen — acordar, celebrar junta, celebrar una conferencia, celebrar una reunión, confabular, conferenciar, debatir - aanspreken, brootsen, ter sprake brengen — mentar - bandy about (en) - tot stand brengen met grote inspanning — lograr[Spéc.]
bespreking, gesprek — discusión, palabra - discussant (en)[Dérivé]
bediscussiëren (v.) • bepraten (v. trans.) • bespreken • bomen (v.) • discussiëren (v.) • discuteren (v.) • discutir (v.) • discutir sobre • disputeren (v. trans.) • doornemen (v. trans.) • doorpraten (v. trans.) • entrar en detalles (v.) • hablar de • hablar de/sobre • nababbelen (v. intr.) • nakaarten (v. intr.) • napraten (v. intr.) • parlementeren (v.) • redekavelen (v.) • redetwisten (v. intr.) • twisten (v. intr.) • voorleggen aan
-