foster-nurse (en) - graduate nurse, trained nurse (en) - Hilfsschwester - Krankenschwester, Oberin, Oberkrankenpfleger, Oberkrankenpflegerin, Oberschwester, Schwester, Stationspfleger, Stationsschwester — directrice, hoofdverpleegkundige, hoofdverpleegster, hoofdverpleger, hoofdzuster, matrone, verpleegster, zuster - Entbindungshelfer, Hebamme — accoucheur, vroedvrouw - estudiante de enfermera (es) - registered nurse, RN (en) - scrub nurse (en) - Gemeindeschwester — wijkverpleegkundige, wijkverpleegster, wijkzuster - Cavell, Edith Cavell, Edith Louisa Cavell (en) - Florence Nightingale, Lady with the Lamp, Nightingale (en) - Margaret Higgins Sanger, Margaret Sanger, Sanger (en)[Spéc.]

Krankensaal, Krankenzimmer — ziekenboeg, ziekenzaal - pflegen — verplegen - kümmern um, pflegen — begeleiden, bijstaan, verzorgen[Dérivé]

broeder (n.m.) • Krankenpfleger (n.m.) • Krankenpflegerin (n.f.) • Krankenschwester (n.f.) • Krankenwärter (n.m.) • Krankenwärterin (n.f.) • Pfleger (n.m.) • Pflegerin (n.f.) • Schwester (n.f.) • verpleegkundige (n.) • verpleegster (n.f.) • verpleger (n.m.) • Wärter (n.m.) • Wärterin (n.f.) • ziekenbroeder (n.m.) • ziekenverpleegster (n.f.) • ziekenverpleger (n.m.) • ziekenzuster (n.f.) • zuster (n.f.)