Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.016s
bedienen, besteden aan aandacht, erbarmen, helpen, hoeden, omkijken, ontfermen, passen, toezien, waken, zorgen — assistir, tratar de - hoeden, verzorgen — cuidar, guardar - aanwezig zijn bij, bijwonen, erbij zijn, gaan, gaan tot — assistir a, estar presente em, ir, ir a, ir ver, participar em[Dérivé]
gezelschapsdame - baggageman, train baggageman (en) - Batman, oppasser — impedimento, ordenança - chasseur, piccolo — mandarete, mensageiro - bruidsmeisje — dama de honor - caddie — cadie - checker (en) - hoveling — cortesão, gentil-homem da corte - escanciador, escanciano (es) - equerry (en) - escorte, geleide - jhr., jonker, jonkheer — escudeiro - assistent - gillie (en) - paardenknecht, stalknecht - badjuffrouw, badmeester — salva-vidas - halfspeler, middenvelder, middenveldspeler - loader (en) - bruidvriendin - oppasser, ordonnans, ziekenverzorger, ziekenverzorgster - oppasser, ordonnans, ziekenverzorger, ziekenverzorgster — ordenança - page — página - page (en) - barrel filler, keg filler, kegger, racker, racking machine (en) - rocker (en) - secondant — auxiliar - servidor, sirviente (es) - schildknaap, wapenknecht — castelão, escudeiro - partner — parceiro - steward — aeromoço, pessoal navegante comercial, tafeiro - brancardier, ziekendrager - trainbearer (en) - arouser, rouser, waker (en)[Spéc.]
bedienen, besteden aan aandacht, erbarmen, helpen, hoeden, omkijken, ontfermen, passen, toezien, waken, zorgen — assistir, tratar de - hoeden, verzorgen — cuidar, guardar - aanwezig zijn bij, bijwonen, erbij zijn, gaan, gaan tot — assistir a, estar presente em, ir, ir a, ir ver, participar em[Dérivé]
ajudante (n.) • assistente (n.) • begeleider (n.m.) • empregado (n.) • geleider (n.m.) • geleidster (n.)
-