Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.016s
opkomst; wording; ontstaan[ClasseHyper.]
afgeven, baren, bevallen, bevallen van, bezitten, hebben, het leven schenken aan, krijgen, ter wereld brengen, voortbrengen — 出産, 出産+する, 分娩, 分娩+する, 生す, 生みおとす, 生みだす, 生み出す, 生み落す, 生み落とす, 生む, 生出, 生出+する, 生出す, 産する, 産みだす, 産み出す, 産み落す, 産み落とす, 産む, 産出す - geboren worden, geboren zijn — うまれおちる, うまれつく, うまれる, 出生, 出生+する, 生まれつく, 生まれでる, 生まれる, 生まれ付く, 生まれ出る, 生まれ落ちる, 生れでる, 生れる, 生れ出る, 生れ落ちる, 生出, 生出+する, 生誕, 生誕+する, 産まれる, 産れる, 誕生, 誕生+する, 降誕, 降誕+する - nascent (en)[Dérivé]
verlossing - live birth (en) - posthumous birth (en) - posthumous birth (en) - hergeboorte, metempsychose, palingenese, reïncarnatie, transmigratie, wedergeboorte, zielsverhuizing — うまれかわり, 再来, 再現, 再生, 生まれ変わり, 転生[Spéc.]
natalisme (fr) - natal (en) - afgeven, baren, bevallen, bevallen van, bezitten, hebben, het leven schenken aan, krijgen, ter wereld brengen, voortbrengen — 出産, 出産+する, 分娩, 分娩+する, 生す, 生みおとす, 生みだす, 生み出す, 生み落す, 生み落とす, 生む, 生出, 生出+する, 生出す, 産する, 産みだす, 産み出す, 産み落す, 産み落とす, 産む, 産出す - geboren worden, geboren zijn — うまれおちる, うまれつく, うまれる, 出生, 出生+する, 生まれつく, 生まれでる, 生まれる, 生まれ付く, 生まれ出る, 生まれ落ちる, 生れでる, 生れる, 生れ出る, 生れ落ちる, 生出, 生出+する, 生誕, 生誕+する, 産まれる, 産れる, 誕生, 誕生+する, 降誕, 降誕+する - nascent (en)[Dérivé]
geboorte (n.f.) • ontstaan (n. neu.) • opkomst (n.f.) • wording (n.f.) • 出生 (n.) • 生まれ (n.) • 誕生 (n.)
-