» 

diccionario analógico

hoogwaardigheid, superioriteit, topklasse, topkwaliteit, topniveaucalidad superior, clase superior, primera calidad, superioridad - inferioridad[Spéc.]

bevoegd maken, in aanmerking komencapacitar, cualificar, hacer adecuado, reunir las condiciones - betitelen, keuren, klasseren, kwalificeren, plaatsen, qualificerencalificar, capacitar, designar, habilitar - aankunnen, afkunnen, berekend zijn op, goed genoeg zijn, opgewassen zijn tegen, slagenarreglárselas, dar abasto a, dar abasto para, dar la talla, estar a la altura de, poder con, ser apto para, ser capaz de, tener el nivel necesario, tener fuerzas para[Dérivé]

superieur - erger, minderwaardiginferior[Dériv.]

calibre (n.) • calidad (n.) • cualidad (n.f.) • kaliber (n.) • kwaliteit (n.) • soort (n.f.)

-