Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.0s
afsluiten, dichtplakken, verzegelen, zegelen — cerrar herméticamente, lacrar, precintar, sellar - doen toekomen, expediëren, op de post doen, opsturen, posten, rondsturen, toesturen, uitleveren, verschepen, verzenden — echar al correo, enviar, enviar por correo electrónico, expedir, mandar - adresser (fr) - een postzegel plakken op, een stempel zetten op, frankeren, stempelen, zegelen — estampillar, franquear, poner un sello en, sellar - envoyer ses vœux (fr) - achternasturen, achternazenden, doorsturen, doorzenden, heradresseren, nasturen, nazenden — enviar, hacer seguir, reenviar, reexpedir, remitir, volver a dirigir - spedire (it)[Spéc.]
-