» 

diccionario analógico

diepgaand, gedetailleerd, grondig, minutieus, nauwkeurig, secuur, sekuurgründlich, minuziös, peinlich genau, präzis, präzise, tiefgehend, tiefgründig, tiefschürfend - ijverig, vlijtigbeflissen, eifrig, fleißig - afgemeten, bedaard, bezadigd, plechtig, sober, stijfabgemessen, feierlich, gemessen, gesetzt, seriös, steif, weihevoll - delicaat, delikaat, gevoelig, nauwkeurigdelikat, fein, genau, geschliffen - feilloos, onberispelijk, vlekkelooseinwandfrei, makellos, tadellos, untadelhaft, untadelig - goedpräzis, präzise - georganiseerd, goed gestructureerd, methodisch, metodischmethodisch, ordentlich, organisiert, systematisch, überlegt - soigneux (fr) - tidy (en) - consciëntieus, nauwgezet, plichtsgetrouwgewissenhaft, pflichteifrig, pflichtgetreu, pflichttreu - conscia antieus, gewetensvol, nauwgezet, scrupuleus, skrupuleusgenau, gewissenhaft, skrupulös, voller Bedenken - tendu (fr) - aardig, goed, logisch, vriendelijkgut - diligent (fr) - betrouwbaar, ijverig, naarstig, niet aflatend, nijver, noest, toegewijd, vlijtigbienenfleißig, emsig, fleißig, hingebend, nicht ablassend - soigné (fr) - propre (fr) - overdreven precies, pietepeuterigkleinlich, übertrieben genau - perfectionniste (fr) - travaillé (fr) - wählerisch[Spéc.]

-