Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.0s
mededelen; meedelen — mitteilen[Classe]
communiquer (une information) sans la dire précisément. (fr)[Classe]
report (en) - aanvoeren, naar voren brengen — anführen, beibringen, bezeichnen, vorbringen - allege (en) - afgaan, baseren, baseren op, fixeren, onderbouwen, staven, stichten, uitgaan, vertrekken, zich baseren op — aufbauen auf, basieren, belegen, fortfahren, gründen, gründen auf, sich aufbauen auf, sich stützen auf, stützen, unterbauen, untermauern - mettre en avant (fr) - prendre dans tel auteur (fr) - démarquer (fr) - 't woord geven — besuchen - alluderen op, een toespeling maken op, een zinspeling maken op, zinspelen op — anspielen auf, eine Anspielung machen auf - dire à mots couverts (fr) - boeken, boekstaven, noteren, optekenen, te boek stellen — aufschreiben, buchen, notieren, schreiben, verbuchen, zu Papier bringen - en appeler (fr) - donner en exemple (fr) - fournir en exemple (fr) - invoquer (fr) - beginnen, entameren, gewag maken van, melding maken van, noemen, reppen over, reppen van, vermelden, verwijzen — anführen, angeben, aufführen, berufen, beziehen, erwähnen, hinweisen, Meldung machen von, nennen - prévaloir (fr) - faire intervenir (fr) - aanhalen, aanvoeren, citeren, noteren — anführen, zitieren - réclamer (fr) - recommander (fr) - aanroeren, aanstippen, oppervlakkig behandelen — anschneiden, antasten, antippen, berühren, etwas nur oberflächlich anreißen, streifen[Spéc.]
-