» 

diccionario analógico

onderstelling; veronderstelling; vermoeden; giswerk; speculatie; conjectuur; gissing; hypotese; hypothesepresumption; theory; impression; assumption; verge; guess; conjecture; supposition; surmise; surmisal; speculation; hypothesis[Classe]

skepsis; scepticisme; scepsis; agnosticismeagnosticism; skepticism; scepticism[Classe]

reces, verdagingprorogation - tergiversation (fr) - verbluftheidperplexity - herstemmingsecond ballot - schroom, verlegenheiddiffidence, discomfiture, embarrassment - fluctuatie, fluktuatie, schommelingfluctuation, wavering - doelloosheidaimlessness, purposelessness - irresoluteness, irresolution - aarzeling, besluiteloosheid, dubbelzinnigheid, ongewisheid, ongewisse, onzekere, onzekerheid, twijfel, twijfelachtigheid, weifelingdoubt, doubtfulness, dubiety, dubiousness, incertitude, indecision, indecisiveness, indetermination, irresolution, misgiving, uncertainty - gissing, giswerk, nattevingerwerk, speculatie, veronderstellingdead reckoning, guess, guessing, guesswork, shot - suspicion - Pyrrhonism - drone, faltering, mumbling - vacillation (fr) - balancement (fr) - barguignage (fr) - désarroi (fr) - flottement (fr) - louvoiement (fr) - tâtonnement (fr) - répugnance (fr) - afkeer, aversie, balorigheid, degoût, degôut, onwil, onwilligheid, tegenzin, weerstand, weerzindisinclination, hesitancy, hesitation, indisposition, reluctance[Spéc.]

aarzeling, halfheid, halfslachtigheid, twijfeling, weifelinghesitance, hesitancy, hesitation, vacillation, wavering[Gén.]

-