» 

diccionario analógico

achterlaten; legateren; nalaten; vermaken; legerendejar por testamento; dejar; dejar en herencia; legar; abandonar; entregar; ceder[Classe]

erfgerechtigde; erfgenaam; erfgename; ambtsopvolgersucesible; heredero; heredera; sucesor[Classe]

héritage (patrimoine transmis) (fr)[Classe]

hériter (fr)[Classe]

priver des avantages de succession (fr)[Classe]

(prins)(príncipe)[Thème]

(testament), (achterlaten; legateren; nalaten; vermaken; legeren), (uiterste wil; wilsbeschikking; laatste wil)(testamento), (dejar por testamento; dejar; dejar en herencia; legar; abandonar; entregar; ceder), (voluntad; última disposición; última voluntad)[Thème]

qualificatif d'un héritier (fr)[Thème]

(achterlaten; legateren; nalaten; vermaken; legeren), (erfgerechtigde; erfgenaam; erfgename; ambtsopvolger)(dejar por testamento; dejar; dejar en herencia; legar; abandonar; entregar; ceder), (sucesible; heredero; heredera; sucesor)[termes liés]

-