Contenido de sensagent
investigaciones anteriores en el diccionario :
computado en 0.016s
pièce allongée (fr)[Classe]
chose mince ou fine (fr)[ClasseParExt.]
appui d'un siège où l'on appuie le bras (fr)[ClasseParExt.]
pin[ClasseParExt.]
nagel; spijker[ClasseParExt.]
wervelkolom; ruggegraat; rugleuning; achterste; rug; ruggestreng[ClasseParExt.]
bâton fin (fr)[ClasseParExt.]
tige rigide articulée (mécanique) (fr)[ClasseParExt.]
steeltje; stengel; halm; steel[ClasseParExt.]
fût (tige d'une colonne) (fr)[ClasseParExt.]
braadspit; speet; spies; vleespen; vleespin[ClasseParExt.]
blokletter[ClasseParExt.]
bliksemafleider[ClasseParExt.]
javelot et lance (fr)[ClasseParExt.]
manche : tige servant à manier qqch (fr)[ClasseParExt.]
tige végétale sur laquelle on place le greffon (fr)[ClasseParExt.]
arm, armleuning, leuning - graat, visgraat - as, omwentelingsas, spil, spindel - achterste, rug, ruggegraat, ruggestreng, rugleuning, wervelkolom - shank (en) - club, golfclub, golfstok, kolf, malie - haaknaald, haakpen - hérisson (fr) - raquis (es) - broche (fr) - broche (fr) - biljartkeu, biljartstok, keu[Spéc.]
-